Gaat u ZZP'ers of freelancers inhuren om werk bij u te verrichten? Leg dan de rechten en plichten voor dit werk vast in een inhuurovereenkomst. Hiermee voorkomt u discussies over kwaliteit, betaling, aansprakelijkheid en eigendom van resultaten.
Steeds meer bedrijven werken met externe krachten, zoals zzp’ers of freelancers maar ook bv’s, om werk voor hen te verrichten. Dit geeft flexibiliteit: extra mankracht als dat nodig is, en geen kosten als er geen werk is. Maar een externe kracht is geen werknemer, en afspraken tussen partijen moeten dus goed uitgewerkt worden.
Een inhuurcontract bevat duidelijke bepalingen over wat de inhuurder moet doen:
- Kwaliteit van het werk
- Rapportage, facturatie en betaling
- Eigendom van resultaten (zoals auteursrechten)
- Aansprakelijkheid voor fouten
- Vrijwaring voor claims van derden
Een speciaal aandachtspunt is werken met zzp’ers. Een zzp’er inschakelen kan door de Belastingdienst worden gezien als een verkapt dienstverband, waarna de opdrachtgever boetes en extra naheffingen moet afdragen. Vroeger werd dit geregeld met de VAR: dit document bewees dat de zzp’er écht als zelfstandig ondernemer opereerde en geen verkapt werknemer was. Per 1 mei 2016 moeten ondernemers met modelovereenkomsten werken. Dit zijn inhuurcontracten waarvan de Belastingdienst heeft verklaard dat ze geen verkapt dienstverband creëren. Wie daaronder werkt, is dus zzp’er.
Er zijn algemene maar ook branche-specifieke modellen beschikbaar. Allemaal komen ze erop neer dat je bevestigt dat partijen het willen insteken als een opdracht (en geen dienstverband), dat de opdrachtnemer zichzelf mag laten vervangen en dat hij zelf bepaalt hoe het werk wordt uitgevoerd. Dat is belangrijk, want een arbeidsovereenkomst is aanwezig als aan drie voorwaarden is voldaan:
- de werknemer moet persoonlijk arbeid verrichten;
- de werkgever moet de werknemer een beloning betalen voor de verrichte arbeid;
- de werkgever kan de werknemer bindende aanwijzingen en instructies geven over het verrichten van de arbeid op zodanige wijze dat sprake is van een ‘gezagsverhouding’.
Een goede overeenkomst van opdracht moet dus bepalen dat:
- de opdrachtnemer zelf bepaalt hoe het werk wordt uitgevoerd, hooguit met suggesties of een paar specifieke afspraken met de opdrachtgever. Dát is het verschil tussen een werknemer en een ondernemer: de werknemer moet werken zoals de werkgever dat wil (maandag om 9 uur beginnen, aan dat bureau en om 12:30 lunch) en de ondernemer werkt zoals hij zelf wil, zolang het maar af is wanneer dat moet en met de kwaliteit die is overeengekomen.
- de opdrachtnemer mag zichzelf laten vervangen zonder toestemming van de opdrachtgever. Ook dat is typisch des ondernemers. Een werknemer moet het werk zelf doen, maar een ondernemer kan een collega inschakelen. Dit is wel iets dat niet iedere opdrachtgever wil, maar wie dus staat op deze eis, neemt een groter risico dat de zzp’er ineens toch als zijn werknemer wordt gezien.
Er is eigenlijk geen reden om eentje boven een ander te kiezen, zeker niet als u zelf al eigen algemene voorwaarden hebt. Waar het uiteindelijk op neerkomt, is dat bovenstaande clausules dan worden ingevoegd om duidelijk te maken dat de opdrachtnemer de benodigde vrijheden heeft. Wilt u meer zekerheid, dan verwijst u naar een modelovereenkomst maar wel op die manier dat alléén de verplichte clausules overeind blijven. Alle optionele zaken (zoals betalingstermijn, aansprakelijkheid, kwaliteit en duur en opzegging) worden buiten werking gesteld; u mag daar gewoon eigen keuzes in maken.